Verzoeker heeft geen recht op een ander of hoger PGB vv dan reeds aan hem is toegekend door de ziektekostenverzekeraar.

De ziektekostenverzekeraar kon zich niet vinden in de indicatie die ten behoeve van verzoeker is gesteld voor Persoonlijke Verzorging. Het staat de ziektekostenverzekeraar in die situatie vrij een derde partij - zoals Argonaut - namens hem een huisbezoek af te leggen, de indicatie te beoordelen en hierover een advies uit te brengen. Voor zover de ziektekostenverzekeraar voornemens is van de gestelde indicatie af te wijken, ligt het in beginsel op zijn weg zijn bevindingen, al dan niet in de vorm van het advies van Argonaut, aan de indicerend wijkverpleegkundige voor te leggen en deze in de gelegenheid te stellen hierop (schriftelijk) te reageren. Hoewel dit laatste in het onderhavige geval niet is gebeurd, staat vast dat Argonaut en de indicerend wijkverpleegkundige hun bevindingen over en weer met elkaar hebben besproken en dat de wijkverpleegkundige hierop heeft ingestemd met verlaging van de gestelde indicatie. Verzoeker heeft recht op een PGB vv op grond van laatstgenoemde indicatie op basis van 14 uren en 35 minuten Persoonlijke Verzorging per week. Dit PGB vv wordt, overeenkomstig de toepasselijke verzekeringsvoorwaarden, voor de duur van 2 jaren verstrekt.

Volledig document openen (pdf)