Verzoekster was niet redelijkerwijs aangewezen op een metastasectomie van de lever en lymfeklierdissectie. Radiofrequente ablatie bij levermetastasen van een galgangcarcinoom geen zorg conform de stand van de wetenschap en praktijk.

Bij verzoekster is in Nederland een galgangcarcinoom geconstateerd, met uitzaaiingen naar de lever. Tijdens een verblijf in Izmir, Turkije, kreeg verzoekster acute hevige pijnklachten rechts in haar buik en begon over te geven. Vanwege COVID-19 kon verzoekster niet in een staatsziekenhuis terecht, en werd zij verwezen naar een particuliere kliniek. Daar maakten de artsen een aantal scans, en werd het advies van een gespecialiseerde arts gevraagd. Deze vertelde verzoekster dat zij met spoed moest worden geopereerd om de tumoren en uitzaaiingen te verwijderen, en werden nieuwe mogelijkheden voor genezing genoemd. De operatie werd ingepland voor de volgende ochtend. De kosten hiervan zijn bij de ziektekostenverzekeraar gedeclareerd, maar deze heeft vergoeding hiervan afgewezen. De commissie beslist tot afwijzing van het verzoek de ziektekostenverzekeraar te verplichten alsnog een vergoeding te verlenen. De commissie volgt hiermee het advies van het Zorginstituut, waarin is overwogen dat radiofrequente ablatie alleen aan de stand van de wetenschap en praktijk voldoet als sprake is van een primaire levertumor of - onder bepaalde voorwaarden - als het gaat om levermetastasen die afkomstig zijn van een colorectaal carcinoom. Deze situatie doet zich bij verzoekster niet voor. Het Zorginstituut overweegt voorts dat (lever)metastasen bij een galgangcarcinoom een contra-indicatie vormen voor een uitgebreide resectie. In het geval van verzoekster is palliatieve zorg geïndiceerd. Dit betekent dat de uitgevoerde radiofrequente ablatie bij de gegeven indicatie geen verzekerde prestatie is op grond van de zorgverzekering, en dat verzoekster niet redelijkerwijs was aangewezen op de metastasectomie van de lever en lymfeklierdissectie.

Volledig document openen (pdf)