Bindend advies GcZ, 31 augustus 2023, SKGZ202201172
- 202201172
Uitspraak
Verzoeker is in Spanje opgenomen in het ziekenhuis. Zijn rechter onderbeen was bleek en koud geworden door een verstopte slagader en hij moest zich voortbewegen op krukken. De behandelend arts kwam tot de conclusie dat sprake was van rustpijn met tekenen van ernstige ischemie, en dat een hoog risico op amputatie bestond zodat revascularisatie dringend werd aanbevolen. Terugkeer naar Nederland was volgens verzoeker geen optie ivm de medische risico’s en vermoedelijke wachttijd voor behandeling. De ziektekostenverzekeraar heeft voor de ziekenhuisopname een bedrag vergoed van € 22.534,55. Daarnaast wordt € 2.223,59 vergoed voor een IC-dag. De ziektekostenverzekeraar is van mening dat sprake is van planbare zorg en dat hiervoor op grond van artikel 20 van Vo. nr. 883/2004 zijn voorafgaande toestemming nodig is. Omdat de zorg tijdig in Nederland had kunnen worden verleend is deze toestemming geweigerd. Volgens de ziektekostenverzekeraar was verzoeker cardiaal en pulmonaal in staat te vliegen. De commissie beslist tot afwijzing van het verzoek de ziektekostenverzekeraar te verplichten een hogere vergoeding te verlenen. De gehanteerde DBC- zorgproductcode is juist, alsmede de hieraan verbonden vergoeding.
Uitspraak Bindend advies GcZ, 31 augustus 2023, SKGZ202201172