Bindend advies GcZ, 19 juni 2025, SKGZ202301953
- 202301953
Uitspraak
Verzoekster heeft aan de commissie verzocht te bepalen dat de zorgverzekeraar de klinische GGZ behandeling bij Villa Ramadas in Portugal volledig dient te vergoeden. De zorgverzekeraar heeft gesteld dat er geen medische noodzaak was voor het intensiveren van de behandeling in de vorm van een klinische GGZ-behandeling. De commissie overweegt dat het hier gaat om zorg in een andere EU-lidstaat waarop Europese regelgeving van toepassing is, in dit geval de rechtstreeks werkende Verordening (EG) nr. 883/2004. In artikel 20 van deze verordening is geregeld dat de verzekerde recht heeft op planbare zorg volgens de sociale ziektekostenverzekering van de andere lidstaat. Voorwaarde is dat de verzekerde hiervoor toestemming heeft gevraagd en verkregen van zijn verzekeraar. In dit geval heeft verzoekster aan de zorgverzekeraar weliswaar vooraf om toestemming gevraagd, maar zij heeft de beslissing hierop niet afgewacht. Er is niet gebleken van bijzondere omstandigheden waardoor verzoekster de toestemming niet kon afwachten (Elchinov, zaak C-173/09). De verordening hoeft daarom niet verder te worden besproken en er zal worden getoetst aan de voorwaarden van de zorgverzekering. De zorgverzekeraar heeft onweersproken gesteld dat de ambulante behandeling in 2021 een coachingstraject betrof en geen GGZ-behandeling. Ook is verzoekster niet recent binnen de GGZ behandeld voor haar depressie en zelfmoordgedachten. De commissie concludeert om die reden dat verzoekster in de voorgaande vijf jaren geen GGZ-behandeling heeft gehad, gericht op verslaving. De commissie concludeert dat verzoekster niet redelijkerwijs was aangewezen op een klinische GGZ-behandeling bij de kliniek in Portugal en wijst het verzoek af.
Uitspraak Bindend advies GcZ, 19 juni 2025, SKGZ202301953