Chat with us, powered by LiveChat Bindend advies GcZ, 10 februari 2025, SKGZ202401068 - SKGZ
Menu overslaan

Bindend advies GcZ, 10 februari 2025, SKGZ202401068

Afgewezen

- 202401068

Mondzorg
Verzoeker heeft geen aanspraak op vergoeding van de bij hem uitgevoerde tandheelkundige behandelingen.

Uitspraak

Verzoeker heeft de commissie verzocht te bepalen dat de ziektekostenverzekeraar is gehouden de kosten te vergoeden van de aangevraagde en inmiddels uitgevoerde tandheelkundige behandelingen, ten laste van de zorgverzekering. De tandheelkundige behandelingen, bestaande uit het met composiet verhogen van de voortanden en het plaatsen van twee bruggen in de zijdelingse delen, waren volgens hem noodzakelijk om de schade als gevolg van gebitsslijtage te herstellen. De ziektekostenverzekeraar heeft het bestaan van een verzekeringsindicatie voor tandheelkundige hulp in bijzondere gevallen gemotiveerd bestreden. De commissie overweegt dat uit het advies van het Zorginstituut blijkt dat bij verzoeker inderdaad slijtage aan het gebit was opgetreden. Op grond van de Toetsingsrichtlijn, Protocol Slijtage/Erosie, van het College van Adviserend Tandartsen (CAT) geldt evenwel dat sprake moet zijn van een volledig natuurlijk gebit waarbij minstens 8 elementen per kaak een slijtage hebben van 3 of hoger volgens de Tooth Wear Index (TWI). Verzoeker heeft 4 elementen met een TWI 3 of hoger zodat hij geen verzekeringsindicatie heeft voor tandheelkundige hulp in bijzondere gevallen. De commissie wijst het verzoek daarom af.

Uitspraak Bindend advies GcZ, 10 februari 2025, SKGZ202401068