Bindend advies GcZ, 12 oktober 2023, SKGZ202201952

Uitspraak

Verzoeker heeft zich met hartklachten gewend tot een arts in Turkije, waar een aantal onderzoeken en behandelingen heeft plaatsgevonden. De kosten hiervan heeft verzoeker bij de ziektekostenverzekeraar gedeclareerd. Deze heeft na heroverweging besloten een bedrag te vergoeden van € 696,17, waarop verzoeker zich heeft gewend tot de commissie. Nadat het Zorginstituut had geadviseerd tot nader onderzoek, heeft de ziektekostenverzekeraar besloten verzoeker een vergoeding te verlenen van € 2.319,65. Ook het betaalde entreegeld van € 37,- is aan hem vergoed. Verzoeker wenst een uitspraak van de commissie over de juistheid van de gehanteerde DBC-zorgproductcode. De commissie stelt vast dat door de ziektekostenverzekeraar de juiste DBC-zorgproductcode is gehanteerd, en dat verzoeker geen aanspraak heeft op een hogere vergoeding ten laste van de zorgverzekering.