Bindend advies GcZ, 23 januari 2025, SKGZ202303785

Uitspraak

Verzoekster heeft aan de commissie verzocht te beslissen dat de ziektekostenverzekeraar alsnog de kosten van permanente ontharing over de periode van 6 oktober 2023 tot 1 januari 2024 aan haar moet vergoeden. Daarnaast vordert zij vergoeding van het door haar betaalde entreegeld van € 37,-- en een schadeloosstelling van € 2.500,--. De ziektekostenverzekeraar heeft gesteld dat verzoekster geen aanspraak meer heeft op vergoeding van ontharingsbehandelingen van haar gelaat met behulp van elektrische epilatie en laser, omdat niet meer wordt voldaan aan het passabiliteitsprobleem. De commissie overweegt, gehoord het Zorginstituut, dat geen sprake meer is van een passabiliteitsprobleem en dus ook niet van verminking. Verzoekster heeft daarom geen aanspraak meer op vergoeding van behandelingen met elektrische epilatie en laser van het gelaat. Verder overweegt de commissie dat de vordering tot schadevergoeding niet is onderbouwd. Nu het verzoek tot vergoeding van de behandeling van elektrische epilatie en laser van het gelaat wordt afgewezen, bestaat voor toekenning van het gevorderde bedrag bovendien geen grond. Hetzelfde heeft te gelden voor de gevorderde vergoeding van het betaalde entreegeld. Het verzoek wordt afgewezen.