Chat with us, powered by LiveChat Bindend advies GcZ, 10 mei 2021, SKGZ202002024 - SKGZ
Menu overslaan

Bindend advies GcZ, 10 mei 2021, SKGZ202002024

Afgewezen

- 202002024

Verblijf, verpleging, verzorging, Zvw-pgb
Nu in het zorgplan zorg is geïndiceerd die niet voldoet aan het criterium ‘zorg zoals verpleegkundigen die plegen te bieden’ en voorts niet is onderbouwd waarom verzoeker op de overige zorg is aangewezen, bestaat geen recht op een hoger PGB vv.

Uitspraak

Verzoeker ontvangt al vele jaren een PGB vv. Daarnaast ontvangt hij zorg in natura. Omdat zijn PGB vv afliep, heeft hij een aanvraag gedaan voor verlenging. De ziektekostenverzekeraar heeft slechts een klein deel van het aangevraagde PGB vv toegekend. Verzoeker is het niet eens met de verlaging van het aantal uren. De commissie beslist tot afwijzing van het verzoek, en sluit daarbij aan bij het advies van het Zorginstituut. Aanspraak bestaat alleen op zorg zoals verpleegkundigen die plegen te bieden. Een deel van de geïndiceerde zorg voldoet hier niet aan. Het is verder aan de indicerend wijkverpleegkundige in het zorgplan te onderbouwen welke zorg verzoeker nodig heeft, waarom hij deze zorg nodig heeft, en welke doelen hiermee eventueel moeten worden bereikt. Als zorg niet is onderbouwd, kan de geneeskundige context niet worden aangenomen, en kan ook deze zorg niet ten laste van een PGB vv worden vergoed. Daarom bestaat geen aanspraak op een PGB vv op basis van meer dan de door de ziektekostenverzekeraar toegekende 1 uur en 45 minuten Persoonlijke Verzorging per week.

Uitspraak Bindend advies GcZ, 10 mei 2021, SKGZ202002024