Bindend advies GcZ, 29 oktober 2021, SKGZ202002264
- 202002264
Uitspraak
Verzoekster heeft bij de zorgverzekeraar een aanvraag ingediend voor een PGB vv. De zorgverzekeraar heeft het PGB vv later laten ingaan dan op de aanvraag was vermeld. Ook heeft hij minder uren toegekend dan waren geïndiceerd. Verzoekster verzoekt de commissie te bepalen dat de ingangsdatum moet worden bepaald op 15 september 2020, en dat hierbij het aantal uren van de indicatie moet worden aangehouden. De commissie beslist tot afwijzing van het verzoek. De ingangsdatum van het PGB vv is de datum waarop het volledig ingevulde aanvraagformulier is ontvangen. Dit was op 22 september 2020. De indicerend wijkverpleegkundige is akkoord gegaan met de verlaging van de uren voor de toiletzorg. De transfers van en naar de sta-orthese kunnen zorg zijn zoals verpleegkundigen die plegen te bieden, zo blijkt uit het advies van het Zorginstituut. Het zorgplan is op dit punt echter onvoldoende onderbouwd. De zorgverzekeraar mocht daarom besluiten de hiermee gemoeide uren af te wijzen.
Uitspraak Bindend advies GcZ, 29 oktober 2021, SKGZ202002264