Bindend advies GcZ, 30 maart 2023, SKGZ202201540
- 202201540
Uitspraak
Verzoekster kampt met ernstige zenuwpijnen door versleten ruggenwervels. Aanvankelijk is zij hiervoor behandeld met corticosteroïd-injecties en heeft zij gebruik gemaakt van een TENS-apparaat. Beide hadden door verschillende oorzaken niet het gewenste effect. Vervolgens is verzoekster gewezen op de mogelijkheid van het plaatsen van een neurostimulator. Later bleek dat de behandelend arts de neurostimulator niet wilde plaatsen, ook niet als verzoekster de kosten zelf zou betalen. Gedurende het gehele traject heeft verzoekster contact gehad met de ziektekostenverzekeraar. Volgens verzoekster heeft de ziektekostenverzekeraar haar hierbij onvoldoende geïnformeerd, is hij gedane beloften niet nagekomen, en zijn naar hem gestuurde stukken zoekgeraakt. Daarom is sprake van schending van de zorgplicht. De commissie overweegt dat schending van de zorgplicht Zvw niet aan de orde is. Waar het gaat om de informatieplicht op grond van de NZa-regeling geldt dat de door de ziektekostenverzekeraar gegeven antwoorden niet onjuist of onvolledig waren. Dat verzoekster een uitgebreidere reactie verwachtte betekent niet dat de ziektekostenverzekeraar is tekortgeschoten in zijn informatieplicht. Deze blijft namelijk beperkt tot de aangeboden producten en diensten, en de ziektekostenverzekeraar is niet de zorgaanbieder. Het verzoek wordt daarom afgewezen.
Uitspraak Bindend advies GcZ, 30 maart 2023, SKGZ202201540