Chat with us, powered by LiveChat Bindend advies GcZ, 12 juni 2023, SKGZ202201532 - SKGZ
Menu overslaan

Bindend advies GcZ, 12 juni 2023, SKGZ202201532

Afgewezen

- 202201532

Medisch-specialistische zorg
De ziektekostenverzekeraar heeft zijn zorgplicht jegens verzoekster niet geschonden. Zo nodig komt hem een beroep op overmacht toe.

Uitspraak

Verzoekster is op 27 augustus 2022 bevallen van een dochter. Er zou thuis kraamzorg worden geleverd door KraamZus, maar drie weken vóór de bevalling werd verzoekster meegedeeld dat dit door personeelstekorten niet mogelijk was en dat het alternatief was te bevallen in een kraamhotel. Aangezien dit laatste voor verzoekster niet werkbaar was heeft zij de zorg thuis laten uitvoeren door familieleden. Verzoekster heeft de commissie verzocht te beslissen dat de ziektekostenverzekeraar, door haar geen volwaardig alternatief te bieden, de op hem rustende zorgplicht heeft geschonden. De ziektekostenverzekeraar heeft gesteld dat sprake was van "een rug tegen de muur situatie" en dat om die reden niet kan worden gesproken van schending van de zorgplicht. De commissie overweegt dat de ziektekostenverzekeraar aannemelijk heeft gemaakt dat sprake was van overmacht als bedoeld in de Regeling TH/BR-025 van de NZa. Hoewel de oplossing van een kraamhotel niet ideaal is, heeft de zorgverzekeraar op deze wijze, onder de gegeven omstandigheden, toch getracht de verzekerde zorg te leveren. Van schending van de zorgplicht jegens verzoekster is dan ook geen sprake. Zo nodig komt de ziektekostenverzekeraar een beroep op overmacht toe. Om die reden wijst de commissie het verzoek af.

Uitspraak Bindend advies GcZ, 12 juni 2023, SKGZ202201532