Bindend advies GcZ, 21 augustus 2023, SKGZ202200199
- 202200199
Uitspraak
Verzoekster heeft ADHD. Zij gebruikt het magistraal bereide middel methylfenidaat retard en heeft de ziektekostenverzekeraar gevraagd de kosten hiervan met terugwerkende kracht vanaf 2018 te vergoeden. De ziektekostenverzekeraar heeft dit geweigerd aangezien geregistreerde alternatieven beschikbaar zijn. Er wordt daarmee niet voldaan aan de eis van rationele farmacotherapie, omdat het geneesmiddel niet het meest economisch is voor de zorgverzekering. De commissie oordeelt, gehoord het Zorginstituut, dat er geregistreerde alternatieven beschikbaar zijn die niet door verzoekster zijn geprobeerd. Daarom is zij niet redelijkerwijs aangewezen op de beide apotheekbereidingen. Aan de beoordeling van rationele farmacotherapie wordt niet toegekomen. De bijwerkingen die verzoekster heeft ervaren bij de alternatieven die zij wel heeft geprobeerd zijn bijwerkingen die kenmerkend zijn voor methylfenidaat en kunnen daarom ook optreden bij het magistraal bereide geneesmiddel. De commissie beslist tot afwijzing van het verzoek.
Uitspraak Bindend advies GcZ, 21 augustus 2023, SKGZ202200199