Bindend advies GcZ, 15 januari 2024, SKGZ202301911
- 202301911
Uitspraak
Verzoeker heeft de commissie verzocht te beslissen dat de ziektekostenverzekeraar gehouden is de kosten van de inmiddels bij hem uitgevoerde Resurfacing Hip Arthroplasty (RHA) met plaatsing van een MoM-heupprothese alsnog te vergoeden, hetzij ten laste van de zorgverzekering, hetzij uit coulance. De ziektekostenverzekeraar heeft gesteld dat hij de kosten van plaatsing van een MoM- heupprothese niet vergoedt, omdat deze ingreep niet voldoet aan de stand van de wetenschap en praktijk. De commissie overweegt dat het Zorginstituut heeft verklaard dat een RHA waarbij een MoM-heupprothese wordt geplaatst niet voldoet aan de stand van de wetenschap en praktijk. De commissie ziet geen aanleiding van het advies van het Zorginstituut af te wijken. Dit betekent dat verzoeker geen aanspraak kan maken op vergoeding van deze ingreep ten laste van de zorgverzekering.
Uitspraak Bindend advies GcZ, 15 januari 2024, SKGZ202301911