De namens verzoekster aangevraagde behandeling met implantaten en kronen ten laste van de zorgverzekering is door de ziektekostenverzekeraar terecht afgewezen.

Verzoekster heeft in 2017 een verkeersongeval gehad waarbij zij schade aan het gebit heeft opgelopen. Nadien zijn bij de ziektekostenverzekeraar aanvragen ingediend voor een osteotomie en een orthodontische behandeling. Deze behandelingen zijn (grotendeels) door de ziektekostenverzekeraar vergoed. De eveneens aangevraagde restauratieve behandeling, bestaande uit het plaatsen van zes kronen op natuurlijke elementen en vijf kronen op implantaten, is door de ziektekostenverzekeraar afgewezen, primair vanwege het ontbreken van een verzekeringsindicatie en subsidiair wegens strijd met het maatmanbeginsel.
Gelezen het advies van het Zorginstituut passeert de commissie de stelling van de ziektekostenverzekeraar dat bij verzoekster een verzekeringsindicatie voor bijzondere tandheelkunde ontbreekt. Toch beslist de commissie dat verzoekster geen aanspraak kan maken op vergoeding van het plaatsen van kronen (zes kronen op natuurlijke elementen en vijf kronen op aan te brengen implantaten) ten laste van de zorgverzekering. Dit omdat niet wordt voldaan aan het maatmanbeginsel. De commissie volgt hiermee het advies van het Zorginstituut.

Volledig document openen (pdf)